De Bimbobox
De aapjes hiernaast zien er gloednieuw uit, maar ze zijn stokoud. Ze wachten al een halve eeuw op emplooi, verpakt in een kartonnen doos die staat gestapeld tussen honderden andere dozen in een rommelige Duitse schuur. Dat is wat rest van een fenomeen waar honderdduizenden kinderen meer zijn opgegroeid in de jaren zestig en zeventig: de Bimbobox. |
||
Ook ik was dol op de aapjesorkesten, die stonden bij de roltrappen van de V&D en in speeltuinen. De apen hielden zich doodstil in hun automaat, maar met een muntje gooide je er ziel in en begonnen ze als razenden te spelen op muziek van Herb Alpert. Magisch, vrolijk, een beetje eng mechanisch ook en onweerstaanbaar. Er zijn nog heel weinig Bimboboxen over, en nieuwe komen er niet bij. De bron is opgedroogd, de fascinatie voor mechanieken verdwenen. |
||
Maar jeugdsentiment is sterk en meer dan genoeg reden om op onderzoek uit te gaan: wat zit achter die kleine briljante schijnwereld van aapjes, lichtjes, palmbomen en nepgras? Ik zocht het uit voor de VPRO-Gids, lees het verhaal hier. En ik maakte een documentaire voor de radio, mijn nieuwsgierigheid achterna: |
||
|
||
* Dit is de gehermonteerde versie uit 2014. Na de oorspronkelijke uitzending in 2011 reageerden mensen met mij nog onbekende verhalen, die ik heb verwerkt in de herhaling van De Bimbobox op 24 augustus 2014 bij Onvoltooid Verleden Tijd. |